Hoeselt Vrugger   |     Contact   |     Zoeken
 
 

 

In 't landschap

De Grot




We schrijven 1939.
Een jaar van mobilisaties en oorlogsdreiging.
In Hoeselt is René Nartus burgemeester, Jan-Mathieu Donné pastoor en Mathieu Vliegen kapelaan.





E. H. Vliegen was een bevlogen priester die de kunst verstond de jeugd te bezielen. Hij had de jongeren, voornamelijk de toenmalige KAJ en BJB, geïnspireerd tot de bouw van de Jeugdkapel, die nu voltooid was. Vermoedelijk kon de kapelaan niet leven zonder nieuwe initiatieven of projecten, want ...

Zekere dag vroeg kapelaan Vliegen aan zijn pastoor "Wat zoudt ge ervan denken als ze daar boven in het dorp een schone Lourdesgrot zouden zetten?"
Waarop de pastoor antwoordde "Ja, jong, bouw maar, maar breng me niet in de schulden!"

In september, daags voor de (tweede) mobilisatie, reisde de kapelaan met meester Gustaaf Thijssen en diens vrouw Mathilde naar Westmeerbeek om een modelgrot te bezichtigen. Hun oordeel was uitgesproken positief. Zo moest ze zijn, de grot! Dezelfde avond nog werd een brief geschreven naar aannemer Janssens.

Heeft het project vertraging opgelopen of werd het afgeschreven wegens te grote oorlogsdreiging? Toen de oorlog uitbrak, in mei 1940, was er definitief nog niets beslist.

De oorlog zelf gaf echter een laatste en sterke impuls: bij de Lourdesgrot zou Hoeselt zich aan Maria toewijden en haar bescherming afsmeken ...

"En waarom niet?"
Er was wel geen ijzer of cement op de markt, maar dat kon gesmokkeld worden. En duur betaald! De centen voor de oprichting van de Grot werden bijeengebedeld. De uiteindelijke kostprijs van 40.000 fr. zou volledig betaald worden door de parochianen. Er was zelfs nog geld over! Waarop pastoor Donné zei:"Geef mij maar het overschot van het geld, ik maak er een jaargetijde van voor de weldoeners van de Grot."

De aannemer
Zoals eerder al gecontacteerd, werd de firma van de Gebroeders Janssens, kunstbeton, Westmeerbeek, belast met de uitvoering van het project.

De werkzaamheden, verslag uit de mond van ooggetuige Roger Hellinx
Met vereende kracht is de poel gedempt door de gemeentediensten en de omwonenden die grond en afval in de poel kwamen dumpen. Zo ontstond er een mooi driehoekig perceel. Toen verschenen de Gebroeders Janssens op het toneel, ook zij kregen gratis hulp van sterke Hoeseltse vrijwilligers, gerekruteerd door -hoe kan het anders- de bezielende kapelaan.
De fundamenten van de grot moesten opgetrokken worden in -en op- de aangevulde grond en dat vroeg bijkomende versteviging. Er werden zes zeer diepe gaten gegraven om funderingspalen in te gieten. Alles gebeurde met mankracht, geen sprake van gesofistikeerde apparatuur! Op die palen kwam een geraamte uit betonijzer, geplooid in -voor ons leken- absurde en onbegrijpelijke vormen. Met plaktruweel en andere handwerktuigen werd het kunstbeton op het geraamte aangebracht. Langzamerhand kreeg de Grot vorm.

Iedereen werkte totdat de avond viel, zowel de gebroeders Janssens als de welwillende en godvruchtige Hoeseltse helpers. Die laatsten losten elkaar af naargelang hun eigen beroepswerkzaamheden.
De aannemers verbleven ten huize van Pascal Gielen, een slagerij en voedingswinkel boven in het Dorp, tegenover de Grot. Uit dankbaarheid voor de goede opvang hebben de heren Janssens in de tuin van de familie Gielen een mini-Lourdersgrotje gebouwd. (Dit pand werd later aangekocht door de familie Caproens)

In het café Vanderzavel, enkele huizen verder, lesten de noeste werkers hun dorst.

De beelden
Ook de beelden zijn gemaakt en geleverd door dezelfde firma Janssens.
Het Mariabeeld is geschonken door de echtgenote van Jan Jorissen (Jentje) Van wie het initiatief uitging is niet duidelijk. Volgens E. H. Vliegen was hijzelf degene die zei "Lies, ge moet me een schoon Lievevrouwbeeld geven voor de grot." Lies ging akkoord op voorwaarde dat haar naam niet werd genoemd. Waarop de kapelaan fijntjes voorstelde "Ik bestel, gij betaalt. Maar uw naam komt in het cement te staan onder het beeld." En dat nam ze aan.

Of het beeld van Bernadetje ook een sponsor vond is niet bekend.

Het hek en het poortje
Toen de kapelaan aan Bertie Slechten, loodgieter uit de nabuurt, vroeg "Bertie, kunt ge me daar geen ijzeren hekken maken met op het poortje Ave Maria?" schoot Bertieke onmiddellijk, en gratis, aan het werk. Hij creëerde een omheining met in het onderste deel een ingebouwde bidbank! Het poortje was een waar kunstwerk!

Het onderste deel van het oorspronkelijk hek is bij een heraanlegging van de weg verwijderd.
Het poortje werd enkele jaren geleden weggenomen om gerestaureerd te worden.

Het altaar
Ook het oorspronkelijk altaar is gemaakt door de heren Janssens. Het huidige dateert uit de jaren 1980 toen het oude altaar total loss was na een "aanrijding".

De fontein
Achterin de grot, die vanbinnen hol is, werd ter hoogte van het Mariabeeld een waterreservoir of een citerne geplaatst en verbonden met een fontein, vóór de grot. Het water moest komen van de bron, gelegen op privé-terrein, achter de grot. De eigenaar stemde welwillend toe.
Roger Hellinx: "Om de fontein te doen werken moesten wij achter de grot met een waterpomp het water, afkomstig uit een put in het park achter de grot, oppompen tot in een grote citerne en ten gepaste tijde het kraantje opendraaien dat erop gemonteerde was. Zolang de pomp werkte en de citerne waterdicht was hebben we altijd ons beste beentje voorgezet ... met het beste resultaat. Maar zoals het altijd is: eenmaal de pomp stuk, ligt alles in duigen. Tot vervelenstoe is er aangedrongen ... maar het fonteintje bleef droog."

Meer extra's
Naast de grot kwam een preekstoel te staan, afgesloten (nu nog!) met een wegneembare dekplaat in kunstbeton.
Achter de Grot werd een wilg geplant.
En om het tafereel een sfeervol tintje te geven voorzag kapelaan Vliegen permanente lichtwerpers bij de Grot! Dit laatste initiatief is niet gerealiseerd.

Een koster van de Grot
In akkoord met de buurtgemeenschap werd Barthel Thijs (Battelke) aangesteld tot koster van de Grot. Na hem nam Libert Snellinx die taak over. Momenteel is de functie vacant.

Het Maria-jaar 1941
1941 werd uitgeroepen tot mariaal jaar.
De toewijding van de geestelijkheid aan Onze-Lieve-Vrouw gebeurde tijdens de hoogmis op 11 februari. In de meimaand volgde de toewijding van de scholen en in juni werden de huisgezinnen onder haar bescherming geplaatst. Het Maria-jaar kende zijn hoogtepunt met de inwijding van de Lourdesgrot.

Inhuldiging, toewijding en inwijding
Rechts van de grot staat een steen met daarin de woorden:
Deze grot werd opgericht tot blijvende herinnering
aan de toewijding van Hoeselt op 22.6.1941 aan O.L.Vrouw.
Zij werd ingewijd op Rozenkranszondag.
De Grot werd ingehuldigd door pater Prudens van Tongeren met een apocalyptisch sermoen over "de Vrouw met de maan aan haar voeten". Bij deze gelegenheid vond ook de toewijding plaats van Hoeselt aan Maria. De toewijding kaderde in de geplande activiteiten van het Maria-jaar 1941.
Op de eerste zondag van oktober, na het lof, werd de Lourdesgrot ingewijd door deken Victor Vrancken van Bilzen, die van 1934 tot 1936 pastoor was geweest in Hoeselt.

Restauratie
In 1993 is het Maria-beeld door vandalisme vernield. Dezelfde firma Janssens, nu de zoon, zorgde voor een nieuw beeld en heeft de grot een volledige opknapbeurt gegeven.

Tenslotte
Kapelaan Vliegen schreef naar aanleiding van de bouw en inwijding van de Grot een gedicht waarin hij verwijst naar de gulle bijdragen van zijn parochianen.
Naar Moeder vlucht het angstig kind
want 't kind is moeder heilig
bij moeder het steeds hulpe vindt
bij moeder is het veilig.

Bij 't krijgsgevaar dat dreigend daagt
kom, moeder, bij ons wonen,
we zullen u, zo 't u behaagt
daar ginder boven komen.

Zie op ons dorp beschermend neer
op daken, huizen, gaarden,
breng gaaf al onze jongens weer
in ongeschonden haarden.

De steen uit vrij en vroom gemoed
voor 't bouwen bijgedragen
zal voor ons zelf, ons have en goed
Maria's zegen vragen.

Dan is de grot een steenen bee
een smeekbee om ontferming
"Bewaar, Maria, ons in vree"
ons dank om haar bescherming.
Mathieu Vliegen (Bree 2 februari 1901 - Bree 12 septemper 1978) was in Hoeselt kapelaan van 1930 tot 1945.

Deze tekst is gebaseerd op een interview van Alex Coenen met E. H. Vliegen en hij kwam tot stand met de medewerking van Roger Hellinx.


Heeft u aanvullende informatie, vragen of opmerkingen?
Mail gerust naar reacties@hoeseltvrugger.be