Hoeselt Vrugger   |     Contact   |     Zoeken
 
 

 

Voorvaderen

De Driekoningenmoord

Hoeselt, 6 januari 1588
Cornelis Zegers was dood. Niet gewoon gestorven, vermoord.
Het lichaam was al gekist maar de aflijvige kon niet begraven worden eer een officiële gerechtelijke instantie de doodsoorzaak had vastgesteld!

Ten huize Zegers, in het Kruis, rouwden zijn vrouw, zijn kinderen, zijn verwanten en zijn vrienden.

Cornelis had drie zonen: uit zijn eerste huwelijk waren dat Cornelis junior en Wemmer en uit zijn tweede huwelijk de kleine Jacob.

Jacob Moers, de grootvader van het jongste kind, ontfermde zich over het treurend gezin. Hij deed wat gedaan moest worden...
Hij nam de oudste twee jongens mee naar de schout, om de gewelddadige dood van Cornelis aan te geven en om toestemming te vragen om de lijkkist naar de gerechtsplaats te brengen, zodat het lichaam van de overledene daar gevisiteerd kon worden.
In feite waren het de kinderen zelf die om gerechtigheid vroegen: Cornelis junior sprak in eigen naam en in naam van zijn broer; grootvader Jacob sprak voor zijn kleinzoon.
En ja, ook de twee 'grote' jongens waren nog minderjarig.


Het gerechtelijk apparaat trad in werking...
De schepenbank werd inderhaast bijeengeroepen voor een buitengewone of extraordinaire vergadering. Een echte 'zitting' zou het niet worden, want de heren schepenen, die bij uitzondering eens allemaal present waren, verplaatsten zich tezamen met de aangroeiende groep vrienden en nieuwsgierigen naar de 'gerechtsplaats' midden in het dorp.

De kist werd geopend.
Meester Aert Nuesen, opgeroepen om het dood lichaam te onderzoeken, deed zijn werk. Hij kwam al gauw tot de vaststelling dat de doodsoorzaak duidelijk en onbetwistbaar was: Cornelis was door het lichaam geschoten. Met de dood tot gevolg.

Volgende stap in de procedure: de aanklacht tegen de onbekende dader(s)
Cornelis en Jacob en met hen al hun aanwezige verwanten en vrienden, dienden klacht in tegen degenen die ofwel getuige waren van de feiten of schoten, ofwel met raad of daad aan de misdaad hadden deelgenomen. Ze wilden dat hun aanklacht zover reikte als het Luikse landrecht toeliet, met andere woorden dat de aanklacht ook gold buiten de grenzen van het prinsbisdom, te land en te water, waar ook de dader(s) zich mocht(en) begeven.
Tegelijk legde ook schout Andries van Coerswerm klacht neer, als schout én als vertegenwoordiger van de baljuw... en gaf hij het lichaam vrij om het in gewijde aarde te begraven.

                 

Tenslotte werd bepaald dat de gerechtsbode zou omroepen dat de daders binnen de drie dagen moesten bekennen, zoniet zouden de feiten ontegensprekelijk als moord beschouwd worden en zouden eventuele getuigen verhoord worden. De aanklagers mochten dan, als ze dat wilden, zelf op de dader(s) jagen! Wel te verstaan: zonder geweld te gebruiken...


In geen enkel register van de schepenbank is er nadien nog met enig woord gerept over deze zaak: geen getuigen, geen verdachten, geen dader(s)... hoogstwaarschijnlijkheid is de dader dus nooit gevonden.

Zegers
De familie Zegers was een eeuwenoude en achtenswaardige Hoeseltse familie.
In de 16de eeuw leefden in Hoeselt drie verwante takken 'Zegers': één in het Gansteren, één in het Dorp en en één in het Kruis. Een verwijzing naar de woonplaats was vaak noodzakelijk want in elk gezin kozen ze trouw voor dezelfde voornamen: 'Cornelis' was een must, maar ook Claes, Jan en Willem waren favorieten.

Zegers van Cruys
Deze Zegersen woonden in het hart van het Kruis. Hun bezittingen zijn te situeren in de omgeving van de Hofakkersteeg, de weg van 'het Cruys' naar de Hel en het (nu afgesloten) Lippincksteegje.
Daar leefden zeker drie opeenvolgende generaties 'Cornelis Zegers' en het perceel dat de Lippinck of Lipping heette behoorde al van in de jaren 1400 aan deze familie.

De ouders van Cornelis
De 'vermoorde' Cornelis was de zoon van Cornelis Zegers en van Cathrijn van Loeffelt.
In die tijd had de naam 'van Loeffelt' nog een deftig tintje; hij verwees naar het domein en het hof van Loeffelt!
Cornelis en Cathrijn hadden (op zijn minst) drie kinderen: Cornelis, Willem en Ida. Vermoedelijk is vader Cornelis gestorven voor 1562, want vanaf dat jaar betaalde een zekere Willem Vrancken de jaarlijkse lasten van het gezin Zegers-van Loeffelt en zoiets is zo goed als een bewijs dat Willem de nieuwe man was van Cathrijn. In februari 1570 stond Cathrijn er weer een alleen voor... maar geen jaar later had ze Emondt Palmaers aan haar zijde!
Geen van beiden heeft het rampjaar 1579/80 overleefd: in juni 1580 nam hun zoon Cornelis Zegers zijn erfenis in ontvangst!

Cornelis
Vanaf het midden van de jaren 1570 verschijnt de naam van Cornelis Zegers van Cruys in de registers. Zo krijgen we sporadisch informatie over verschillende aspecten van zijn leven...

Cornelis trouwde, rond 1570, met Elisabeth van Heez, één van de 'van Heezen' die toentertijd in Althoeselt zowat de 'crème de la crème' waren.
Twee van hun kinderen, Cornelis junior en Wemmer, maakten het drama van 1588 mee. Naar de geldende normen waren ze toen nog onmondig of minderjarig, maar zoon Cornelis werd in elk geval al oud genoeg geacht om zelf een aanklacht in te dienen...
De tweede vrouw van Cornelis, Marij Moers, was een Wermse. Ook niet de eerste de beste - de Moersen van Werm kon je vergelijken met de van Heezen van Althoeselt.
Hun zoon Jacob was in 1588 nog erg jong...

Het gezin Zegers woonde in het Kruis, naast de Lipping. In de loop der jaren 1580 wist Cornelis die Lipping, toen een weide die in de vorige generatie aan zijn oom Claes toebehoorde, te verwerven. Hij kocht bovendien nog een tweede woning aan, kortbij, in de Hellestraat. Het ging de Zegersen duidelijk voor de wind!!
In 1581 was Cornelis geluchtsmeester of voorzitter van de kerkfabriek en in 1582 was hij dorpsmeester... Nog een bewijs dat het met hem op elk terrein uitstekend goed ging.

Of misschien toch niet?

Voorteken 1
Een erg beknopte, haast bewust cryptisch gehouden, registratie in het gichtregister van 1584 maakt duidelijk dat Cornelis iets serieus mispeuterd had en dat goed moest maken:
Cornelis Zegers van Cruys draagt uit kracht van "paysse" op tot behoef van Jan Mueskens van Rudelcoeven een hoeff geleghen tot Buckinxlinde...
Een paysse was een vrede of een zoen, meestal na een onherstelbaar onrecht, zoals bijvoorbeeld een doodslag of een blijvende verminking, door de ene partij (in dit geval Cornelis) aan de andere (hier Jan Muesken) aangedaan.

Voorteken 2
Op 3 januari 1588, drie dagen voor zijn dood, maakte Cornelis een testament... waarin hij zijn vrouw o.a. een bunder land naliet waarmee ze naar believen zou mogen handelen.
Een man in de bloei van zijn jaren die rekening hield met een voortijdige dood? Heel wijs. Maar in het licht van de nakende gebeurtenissen lijkt het alsof hij - terecht - vreesde voor zijn leven.

Na de dood
Nog datzelfde jaar hertrouwde Marij Moers met ene Aerdt Thenaerts. Waar haar nieuwe partner vandaan kwam hebben we niet kunnen achterhalen. In elk geval waaide er vanaf dan een andere wind door het huis...
Nu hun vader er niet meer was, werden de oudste twee kinderen letterlijk stiefmoederlijk behandeld! Marij Moers en haar nieuwe man probeerden op slinkse wijze Marij's zoontje Jacob te bevoordelen. Zo blijkt althans uit de processen die de voogden van Cornelis en Wemmer voerden tegen Jacob Moers, als voogd van hun halfbroertje Jacob, en tegen Aerdt Thenaerts.
De voornaamste twistappel was het 'huis waaruit Cornelis Zegers gestorven is'. En dat konden de voogden van Cornelis en Wemmer alvast voor hun pupillen vrijwaren. Het huis ging in 1590 tijdelijk naar een verre verwant, Cornelis Zegers uit het Dorp, totdat Wemmer volwassen genoeg was om het over te nemen.

De kinderen Zegers
Wemmer (Wernard!) woonde in het begin van de 17de eeuw inderdaad in de ouderlijke woning, maar al vóór 1613 behoorde het huis aan zijn erfgenamen... Wemmer is jong gestorven.
Jacob vinden we in 1641 terug als herbergier-brouwer in Tongeren op de Vlasmarkt. Hij heeft dan broer Cornelis op bezoek, die woenachtich is op Sint-Steevens- Weerdt, en aan Jacob de volmacht geeft om in zijn (Cornelis) naam enkele gronden openbaar te verkopen.

Marij en Aerdt
In het huwelijk van Marij en Aerdt zijn zeker vier kinderen geboren.
Er was hun zoon Willem, die in 1619 stierf; er was Peter - over wie verder meer - en er waren diens zussen.
Hun vader, Aerdt Thenaerts, stierf in 1623.

Marij en haar Thenaerts-kinderen...
Wanneer Marij gestorven is, weten we niet.
Feit is dat ze in 1635 ziek, gebrekkig en bedlegerig was. Maar helder van geest.
Ze herinnerde zich nog best hoe haar eerste man, Cornelis Zegers, haar enkele dagen voor zijn dood een bunder land had nagelaten waarmee ze kon doen wat ze wilde. En nu wilde ze het schenken aan haar zoon Peter Thenaerts...

Lees even mee wat pastoor Egidius van Ham als notaris akteerde:
...in aanwezigheid van Franck Jehaes en Jan Thuenis als getuigen, verklaart Marij, de huisvrouw van wijlen Aerdt Thenaerts, dat ze vele weldaden ontvangen heeft van haar zoon Frank Jehaes en van Jan Thuenis, zowel tijdens haar langdurige ziekte als eerder, tijdens haar 'weduwlijke' staat. Ze was immers 'gebrekkelijk en onderworpen aan vele lasten'! Daarom schenkt zij aan haar zoon Peter Thenaerts, aanwezig en aanvaardend, het bunder land dat haar toebehoort krachtens het testament van haar eerste man Cornelis Zegers zaliger gedachtenis...
...onder voorwaarde dat Peter, na aftrek van alle uitgaven en kosten die hij voor zijn moeder gemaakt heeft of nog zal maken - zowel wat betreft haar ziekte als haar (komende) begrafenis - het overblijvend kapitaal zal delen met zijn zussen.
Een tekst - of een formulering - om even over te bezinnen: Hoezo? Franck Jehaes haar zoon? En Jan Thuenis misschien ook? Was Marij -in extremis- nog eens (of zelfs tweemaal) hertrouwd? En waarom werden Franck én Jan wel bedankt maar niet beloond voor hun 'vele weldaden'? Ze waren echter wél als getuige gevraagd om te horen dat Peter...
Tenzij Marij een onmens was, is de enige aanvaardbare verklaring voor deze verwarrende wilsbeschikking deze: Franck en Jan waren aanwezig omdat ze de echtgenoten waren van de zussen van Peter.
Laten we het daar maar op houden. En dan nog... !

Peter Thenaerts
Peter trouwde met een zekere Olivia Vanderheyden. Tussen 1639 en 1656 zijn in Hoeselt in het gezin Thenaerts-Vanderheyden zes kinderen geboren. Hun oudste zoon Aerdt werd priester en pastoor in Hoeselt.
Fiere ouders!


Heeft u aanvullende informatie, vragen of opmerkingen?
Mail gerust naar reacties@hoeseltvrugger.be